Vorige week bekeken we de introductie van de Europese Digital Service Act (DSA), die onze onlinelevens moet beschermen. We gaan wat dieper in op de materie. Wat gaat deze nieuwe regeling in de praktijk met ons uithalen? Wat betekent dat voor onze democratie, en hoeveel vrijheid wordt er (opnieuw) ingeleverd voor ‘veiligheid’?
In een tijdperk waarin digitale platforms onze samenleving in toenemende mate vormgeven, begint het te jeuken op de rug van menig politicus en bestuurder. Het is, in principe, niet meer mogelijk om zoveel macht en dirigentschap uit te oefenen op burgers als voorheen. Dat is in ieder geval tekenend voor hoe mensen zich gemiddeld gezien gedragen op het internet. Alsof er niemand meekijkt. Voor organen als de EU moet het frustrerend zijn dat haar burgers op zo een arrogante wijze omgaan met het vrije web dat ze nog niet kan controleren. Ziedaar, de DSA. Voor het oog van het volk, een manier om desinformatie, haatzaaiende taal en andere schadelijke online inhoud aan te pakken. Maar de EU bepaalt natuurlijk wél zelf wat desinformatie, haatzaaiende taal en zelfs gevaarlijke informatie precies inhoudt.
De DSA geeft de EU aanzienlijke bevoegdheden om online platforms te controleren en te dwingen om schadelijke inhoud te verwijderen of te blokkeren. Dit kan resulteren in het verwijderen van berichten op LinkedIn of X, het opschorten van accounts op Instagram of het beëindigen van gehele chatgroepen op allerlei fora. Inclusief reeds opgeslagen data. Hoewel dit in sommige gevallen gerechtvaardigd lijkt om de online ruimte aangenamer te maken, is het van cruciaal belang dat we de veel grotere schaduwzijde van deze regeling herkennen en erkennen.
Een van de grootste zorgen is de potentiële inperking van de vrijheid van meningsuiting. De DSA legt platforms de verantwoordelijkheid op om illegale inhoud binnen een uur na melding te verwijderen. Waarbij het begrip “illegaal” vanzelfsprekend breed genomen wordt. Nog los van het feit dat dit enorme druk legt op automatische filters en contentmoderatieteams. Dit kan al snel leiden tot overmatige censuur, waarbij legitieme meningen en inhoud onbedoeld worden verwijderd, en daarmee het recht op vrije meningsuiting geschonden wordt. Tijdens de Coronaperiode hebben we hier natuurlijk al van geproefd. Hoewel de censuur toen nog via appjes en telefoontjes tussen online platforms en ambtenaren afgestemd moest worden, zo weten we uit de vele WOB (Wet Openbaarheid van Bestuur) en WOO (Wet Open Overheid) onderzoeken die ondertussen door bezorgde burgers zijn uitgevoerd.
De Europese Unie vergemakkelijkt dit proces van mondsnoeren voor ambtenaren doorheen heel Europa. Vanaf nu zorgt de DSA ervoor dat online platforms, bij wet en uit eigen beweging, al censuur moeten gaan toepassen op hun eigen gebruikers. Als ze dit niet doen, riskeren ze geldboetes. Dit kan ertoe leiden dat platforms proactief inhoud verwijderen die “controversieel” kan zijn, maar wél legaal en waardevol is in een vrije, democratische samenleving. Als gevolg hiervan wordt het openbare debat verarmd en worden allerlei minderheden, die vaak afhankelijk zijn van online platforms om hun stem te laten horen, getroffen.
Een ander punt van zorg is de macht die de EU krijgt om de interne regels van platforms te bepalen. Hoewel het belangrijk is om digitale reuzen ter verantwoording te roepen, moeten we ook waakzaam zijn voor overmatige regulering die hun innovatie en concurrentie kan verstikken. Veel van de bedrijven die zich moeten onderwerpen aan de DSA, werken klaarblijkelijk al langer mee aan de oprukkende tendens waarin critici worden gecensureerd. Maar het beeld dat velen van ons hebben over de Google’s van deze wereld, die nauw samen zouden werken met bijvoorbeeld een EU, vertroebeld enigszins door deze nieuwe regeling. De DSA lijkt de Big Tech fanaten namelijk aan te vallen. Het is daarom belangrijk om te onthouden dat de DSA een veel grotere impact zal hebben op kleinere, decentrale, nieuwe en innovatieve platforms. Een dienst als Signal zal hier een veel groter slachtoffer zijn dan het welbekende Whatsapp. De bedrijven die we onderschrijven aan Big Tech hebben wellicht zelfs tóch een kleine grijns op hun gezicht wanneer ze aan de EU denken, omdat ze hun concurrentie wanhopig zien spartelen in de greep van de DSA.
Het is van cruciaal belang dat de uitvoering van de DSA evenwichtig en transparant is, met voldoende aarzeling om te voorkomen dat deze vrijheden worden ingeperkt. Alleen op die manier kunnen we ervoor zorgen dat de digitale toekomst van niet alleen Nederland, maar andere Europese landen zowel veilig als democratisch wordt.
Alles wat wij deden, doen en zullen gaan doen, dat doen wij Samen Voor Nederland.
Denzel Olde Kalter